Spaanders: ‘het vastentrommeltje’

Foto: dongen.nieuws.nl

‘Spaanders’ is een column waarin Dongenaar Henk Spaan zijn visie geeft op actuele Dongense zaken, de lokale politieke processen en al wat verder afkomt op de bewoners van de gemeente Dongen. Prikkelend en altijd op zoek naar het hoe en waarom van zaken. Henk Spaan (67) heeft 40 jaar overheidservaring, waarvan gedurende meer dan 27 jaar als gemeentesecretaris. Op dit moment houdt hij zich vooral bezig met managementadvisering en coaching.

Het vastentrommeltje.

Zo, de carnaval ligt voor ons gevoel al weer ver achter ons; het askruisje is al lang weer afgewassen en we zitten midden in de vastentijd. Weten we nog wat dat is, of liever wat dat was, vasten?

Voor mij zaten er twee facetten aan de vastentijd. Ik spreek nu van mijn jeugd. Het eerste facet was het zogenaamde vastentrommeltje. Dat speelde vooral toen ik nog “klein” was. Later kwam het tweede facet vooral naar voren en dat was “bezinning”.

Een oud koekblik van mijn moeder, was mijn vastentrommeltje. Daar gingen alle doordeweekse snoepjes in. Pas op zaterdagmorgen na 12:00 uur, mocht je wat uit het trommeltje halen. Het rare was dat ik in de vastentijd relatief veel meer snoep van mijn moeder kreeg dan normaal en ook brachten tantes snoep voor me mee. Alles ging in het trommeltje en je kreeg complimentjes als je door de week er niet stiekem een snoepje uit pakte. Ik had al snel door dat, als ik verstandig met de inhoud omging, ik nog weken na de vastenperiode regelmatig een snoepje uit de trommel kon halen, zonder dat aan mijn moeder te moeten vragen. De inhoud was van mij en ik mocht er mee doen wat ik wilde. Voor mij een betere ervaring wat sparen of “een appeltje voor de dorst” betreft, dan geld naar de bank brengen. Dat is zo abstract als je klein bent. Snoepjes zijn dat niet.

Het tweede facet dat ik noemde, namelijk bezinning, kwam pas later aan de orde. Ik kom uit een zoals dat toen heette: goed en degelijk katholiek gezin. Dat betekende dat je misdienaar was en ook aan allerlei activiteiten voor kinderen en jongeren deelnam (of beter: moest deelnemen). Vaak vond ik dat saai. Maar soms kwam je in aanraking met een inspirerende persoon. Die vertelde over zaken waar je nog nooit over nagedacht had. Dit soort mensen, eigenlijk zijn het er maar een paar in mijn jeugd geweest, inspireerden mij tot nadenken over allerlei vraagstukken. Dat is voor heel verruimend geweest. Niet altijd gemakkelijk want de ideeën die ik ontwikkelde botsten, naarmate ik ouder werd, meer en meer met de ideeën die in mijn katholieke omgeving leefden.

Waarom vertel ik dit nou? Ik zie er een parallel in met zaken die momenteel gaande zijn in de gemeente.

De gemeente heeft ook een vastentrommeltje. Dat is niet meer zo goed gevuld als een aantal jaren geleden, maar er zit nog wel wat in. De keuze is nu, geven we de hele inhoud in een keer uit, of gaan we het gefaseerd, goed afgewogen en aan de hand van prioriteiten, uitgeven. Met mijn vastentrommeltje heb ik geleerd dat laatste te doen. Ik maak mij echt grote zorgen over de grote uitgaven die de gemeenten nog steeds zegt van plan te zijn om te doen. Als dat gebeurt, is het trommeltje heel snel leeg. Dan is weliswaar één grote wens in vervulling gegaan, maar zijn er geen mogelijkheden meer om het geld op andere punten en dan met name in de zorg in te zetten.

Dat brengt me dan meteen op het tweede facet dat ik beschreef: bezinning. In een blog van een paar weken geleden heb ik al aangegeven dat ik een brede herbezinning in Dongen heel ernstig nodig vind. Deze vastenperiode waar we nu in zitten, is, ook symbolisch, een ideale periode om met een dergelijke bezinning te beginnen.

Ik zie dit als een belangrijke taak voor onze nieuwe burgemeester: het op gang brengen en uitvoeren van het (her)bezinningsproces. Dat is bepaald geen te onderschatten klus. Er speelt zoveel dat het soms een onontwarbare kluwen lijkt. Denk maar eens aan de problemen in de jeugdzorg, de ouderenzorg, de WMO, de ingekrompen organisatie die steeds meer taken krijgt toegeschoven, de beslissing over het al of niet doorgaan van nieuwbouw van een MFA, het voortbestaan van het sociaal culturele leven in Dongen en ga zo maar door.

Voor de burgemeester een zware taak, maar ook voor raad, college en ambtelijke organisatie. Eens te meer is duidelijk dat er even geen politiek spel moet zijn, maar dat de handen ineen geslagen moeten worden om tot goede beslissingen te komen die voor de komende jaren uitvoerbaar zijn. Beslissingen die bijdragen aan het karakter en de kwaliteit van leven in onze gemeente.

Ik ben zo bang dat men volledig het zicht op de stand van zaken, de gang van zaken en de toekomst aan het verliezen is. Ze zullen me zo langzamerhand wel een zeurkous beginnen te vinden, maar dat moet dan maar. Vlak voor ik deze column schreef, sprak ik nog met een belangrijke Dongenaar. Tegen mij uitte hij dezelfde zorg als ik hierboven besprak. Meer en meer mensen zeggen dat ook tegen mij. Als gemeentebestuur kan men deze gevoelens niet meer negeren. Verschuilen achter het coalitieakkoord is niet meer gepast. Zeker niet als een uitspraak van het gemeentebestuur zelf is:
“Het ambitieniveau van het gemeentelijk beleid moet in balans zijn met de financiële situatie.” Dat is een krachtige uitspraak die ver reikt in deze tijd van zwaar financieel tij.

Als er stappen gezet gaan worden om tot een brede herbezinning te komen, ben ik ervan overtuigd dat er velen in Dongen zijn die daarin willen meedenken en meepraten. Niet iedereen kan altijd voor 100% zijn zin krijgen. En uiteraard, uiteindelijk beslist de raad. Als dat dan maar gebeurt op basis van argumenten waar wij ons, als inwoners in kunnen herkennen. Zo’n proces hoeft echt geen maanden te duren. Snel doen, zou ik zeggen en daarna consequent en consistent het uitgestippelde pad, stap voor stap, afleggen. Dan zijn zaken, ook al zijn ze soms pijnlijk, ook uit te leggen.
Dat moet toch kunnen in Dongen waar “we alles samen doen”!!!!!

Aanmelden nieuwsbrief
Cookieinstellingen