Mijmeringen: ‘Water’

Foto:

‘Mijmeringen’ is een wekelijkse column van Dongenaar Rinus Krijnen.

Water

Eén ding heb ik zeker geleerd de afgelopen jaren. Je moet zo onafhankelijk mogelijk zijn van derden. Er dus niet vanuit gaan als je in een shitsituatie terecht komt dat men jou wel even zal gaan helpen. Sinds we het woord ‘participatiemaatschappij’ in beleidsplannen hanteren, weet ik beter. Waarom werken aan een participatiemaatschappij als mensen elkaar altijd al helpen? Eigenlijk heel simpel. Dat helpen is maar zeer ten dele waar, dus brengen we dit probleem onder de aandacht. Een belangrijk politiek voordeel: alle mensen die vrijwillig hulp aanbieden aan anderen kosten de maatschappij niets. Logische conclusie is dus dat als we die participatiemaatschappij goed op de rails hebben we minder geld hoeven uit te geven aan sociale en maatschappelijke voorzieningen. Koren op de molen van onze rechtse partijen, die hun geld liever investeren in het stimuleren van groei en de winst van bedrijven.

Ervan uitgaan dat er vangnetten zijn voor ellende wordt hoe langer hoe meer een illusie. Er zitten grote gaten in dat net. En de regering doet net alsof het ze overkomt. Demografisch gezien hadden we al de huidige ellende al lang kunnen zien aankomen. Regeren is vooruitzien, maar sinds we een BV Nederland zijn geworden is de focus uitsluitend gericht op korte-termijn-beleid om de kiezer – die elke vier jaar gaat stemmen – voor zich te winnen. Loyaal zijn aan een toekomstideaal is zo ouderwets! Lange termijn investeringen zijn te onzichtbaar en leveren nu niets op. Die zijn dus niet populair bij de aandeelhouders: de kiezers. En deze kiezer kiest hoe langer hoe meer alleen maar voor zichzelf en denkt: na mij de zondvloed. En dat kan weleens letterlijk zo zijn als we bijvoorbeeld niet investeren in dijken en watermanagement.

Over water gesproken. Als je in Nederland rondkijkt lijkt het alsof we geen watertekort hebben. Toch is nog niet zo lang geleden het watertekortrisico opgevoerd
naar niveau 2: een nationaal feitelijk tekort. We wonen in een deltagebied en het regent bijna elke dag. Wat gaat er mis? Door onze focus op groei is het water
ontstellend vervuild met afval uit de industrie zoals PFAS, uit auto’s, uit de landbouw door meststoffen zoals glyfosaat, maar ook door dumpingen uit de drugswereld, vanuit het buitenland via de rivieren en overmatig medicijngebruik. We voeren het hemelwater zo snel mogelijk af, waardoor de grond uitdroogt. We hebben ook te maken met klimaatverandering, waardoor het ook nog eens droger wordt. Kortom tijd voor een lange-termijn-oplossing. Ik zie u al gapen. Dan gaan we dus miljarden investeren terwijl we het effect pas over tientallen jaren gaan merken. Daar hebben we geen zin in.

Zo worden de plannen vervolgens getraineerd en starten we te laat met noodzakelijke aanpassingen. Gevolg is dat de problemen alleen maar groter worden. Als individu kun je hier alleen iets aan doen in het stemhokje. Wil je dat we nog een beetje leefbaar de toekomst tegemoet kunnen treden, dan is dit slechts mogelijk als je kiest voor partijen die hier ook voor staan. Het huidige electoraat ziet dit dus anders, dus zul je zelf dingen moeten regelen. En dat betekent dat je eigenlijk alleen
iets kan doen in je eigen directe omgeving. Neem nu dat water. Blijkbaar zitten we als Nederlander in de middenmoot qua particulier gebruik. Er zijn landen die het veel beter doen. Een voorbeeld is België. Daar is bepaald dat sinds 2023 elk nieuwbouwhuis een wateropslag van minimaal 5 kubieke meter moet aanleggen, bij een dakoppervlak tot 80m2. Heb je een groter dak, dan wordt het verplichte volume groter. Ook als je fors gaat verbouwen moet je hieraan voldoen. Regel is dat regenwater zoveel mogelijk moet worden vastgehouden.

Dat zijn nog eens maatregelen. Van zoiets heb ik in ons land nog nooit gehoord. We krijgen slechts één soort water in ons Nederlands huis en dat is drinkwater. En daar wassen we de auto mee, wassen onze kleren ermee en spoelen we de toiletten mee door. Hier wordt dus veel verkwist. Er zijn wel initiatieven geweest om ‘grijs’ drinkwater in te voeren, maar dit werd tegengehouden door de waterleveranciers. Het risico dat een kindje ziek kan worden door verkeerd watergebruik vindt men te groot. We zijn het niet gewend dat water uit de kraan ondrinkbaar is. Dat kunnen we onze arme bloedjes niet aandoen. Dat we een aantal keren per jaar met het hele gezin naar een vreemd land gaan waar überhaupt geen drinkwater uit de kraan komt, vergeten we voor het gemak.

Je zou ook een ander distributiesysteem voor grijs water kunnen verzinnen, zodat de verleiding op het drinken ervan wordt ontmoedigd, maar het aanpassen van het bouwbesluit om verplicht water op te slaan, zoals in België, is hier nog ver weg. En blijkbaar zijn Belgische kindjes slimmer dan Nederlandse. De wil ontbreekt hier omdat we weliswaar wel een oplossing willen, maar die niet individueel willen betalen of realiseren. Inclusief de aanleg en aansluiting van bijvoorbeeld een 5000 liter ondergrondse tank is een huishouden al gauw zo’n 10.000 euro kwijt. En dan moet je ook nog een plek zien te vinden waar de tank komt te liggen. In een tijd waar elke euro telt bij het aanschaffen van een huis, zit een zuinige Nederlandse woningbezitter niet te wachten op deze extra kosten. Met zo’n extra investering vervliegen daarmee ook de idealen. En stel dat we naar Belgisch model wel overgaan tot een aanpassing van het bouwbesluit, dan bonjouren we de politieke partijen die dit besluit hebben genomen na de volgende verkiezingen naar de oppositie. Het zal ze leren aan de portemonnee van de arme Nederlandse burger te komen!

Ik zie een eigen grijs watersysteem echter wel zitten. Ben je toch minder afhankelijk van derden, en dat voelt in deze tijd best goed – als we nergens op terug kunnen vallen – zoals inmiddels gebruikelijk is.

Aanmelden nieuwsbrief
Cookieinstellingen