Sauwelaars stellen zich aan u voor

01 feb 2011, 12:11 Nieuws
xvenoosmckjkgfsaax0eql7bk 44556

Op 11 en 12 februari staan er acht sauwelaars in de spotlights in het Mega Fist Centrum (voorheen De Cammeleur). Trea van Kuyk, Aafke Boudewijns, Tom Mijnders, John Schoormans, Jan Smulders, Ad de Jong, Dré van den Bosch en Rob Verkooijen klimmen voor u in de ton. Om alvast in de stemming te komen, hebben zij elkaar geïnterviewd. Lees hier onder de bijdrage, deze worden nog verder aangevuld.

Op 11 en 12 februari staan er acht sauwelaars in de spotlights in het Mega Fist Centrum (voorheen De Cammeleur). Trea van Kuyk, Aafke Boudewijns, Tom Mijnders, John Schoormans, Jan Smulders, Ad de Jong, Dré van den Bosch en Rob Verkooijen klimmen voor u in de ton. Om alvast in de stemming te komen, hebben zij elkaar geïnterviewd. Lees hier onder de bijdrage, deze worden nog verder aangevuld.

Interview Dré van den Bosch en Aafke Boudewijns.
Aafke: Van wie bènde gij dur ene?
Dre: Ik ben er ene van Piet en Corrie van den Bosch. Ik ben geboren in Rijen maar wel getogen in Dongen. Ik heb drie broers en een zus, die is helaas overleden, ik ben er zelf een van een tweeling. (hoe is het mogelijk, twee van zulke exemplaren; maar wie is nou de dooier?) We hebben altijd op het Wilhelminaplein gewoond.

Dre: Van wie bende gij er eentje?
Aafke: Van Jan en Jo Oerlemans. Oos pa was een Fries en oos ma is een Dongense. Ik ben dus een Friese kruidkoek, gekneed in Brabants deeg. Wij woonden vroeger achter de St. Josephkerk, vlak bij de pastoor, dus. Vandaar dat ik nog zes bruurs en één zus heb, ik waar de zesde, en ben grootgebracht door mijn vijf bruurs, zodoende ben ik een beetje een 'manwijf' geworden. Om mezelf dan toch nog te onderscheiden ben ik als enige in het gezin toneel gaan doen; de anderen zijn allemaal muziekanten.

Aafke: Hédde nou zelf un huishouwe?
Dre: Ja, ik ben al 30 jaar met ons Cor getrouwd. We hebben twee kinderen, een dochter en een zoon. Maar die zijn al een paar jaar het huis uit, dus zijn we nu lekker met z'n tweekes.

Dre: En Carnavallen? Hoe bende gij daar in verzeild geraakt?
Aafke: Dat is er thuis met de paplepel ingeslagen, wij gingen al op jonge leeftijd naar naar Musis Sacrum en in de tent van Koos. En toen kreeg ik verkering mee Kees, waarmee ik nu al zo'n 30 jaar mee getrouwd ben, hij zat bij de Pretboys. Daar is dan mijn 'volwassen' Carnaval begonnen.

Aafke: Hoe is ut toch zo ver meej jou gekoome?
Dre: Nou, dat is eigenlijk de schuld van ons pa en ons ma. Wij waren lid van de buurtvereniging De Polder, en daar moesten wij altijd mee naar toe. Er werd in die tijd van alles georganiseerd en ook met carnaval waren De Polderkwasten erg actief, in de grote- en de kinderoptocht. Zo rol je erin....in het carnavalsgeweld. Ik denk dat ik het talent van ons Pa heb geërfd, hij speelde bij de Polder mee met toneelstukjes en de reveu, maar dat heb ik nooit gezien. Later (over leeftijd praten nog we niet) ben ik met een vriendengroep op gaan treden op de Zittingsavonden. Wij hebben 11 keer mee gedaan met de Koefjanussen. Door allerlei omstandigheden, lees tijdsgebrek, is deze groep uitgedund tot vijf man en hebben we nog 3 keer mee gedaan als de D.P.T ( Dongens Promotie Team). Maar toen was de koek op en kon ik nergens meer mijn carnavals-ei kwijt.........en toen ben ik in 1986 in de ton terecht gekomen.

Dre: En zijn jullie in jullie gezin allemaal bemet met het carnavalsvirus?
Aafke: Zeker, Kees zit al jaren in de organisatie van de straotparaode, hij helpt mee met het lichtplan van het Veteranenbal. Mike heeft drie keer in de jeugdsauwelton gestaan, en heeft in de jeugd raad van elf gezeten. Luke is Jeugdprins Dreeke 32e geweest.

Aafke: Hoe vaok hédde in die ton gestaon om oew ai kwijt te raoke?
Dre: Ik heb 11 keer aaneen gesloten mee gedaan! Ik was 31 jaar toen ik voor de eerste keer mee deed. Toen een jaar niet.....en toen ik 44 jaar was, vond ik dit een mooie aanleiding om weer een keer mee te doen. Dit jaar is het 11 jaar geleden, ik ben nu dus 55 jaar en het is nu 2011, en toevallig is de eerste sauwelavond ook nog 11 februari. (wat heeft hij toch met het getal 11?) Dus kruip ik weer in de ton. Het wordt de eerste keer, dat ik twee sauwelavonden meemaak....dus dat is wennen. Ik weet wel dat ik via de achterdeur de zaal in moet gaan, de ton staat niet op het podium, maar achter in de zaal. Dus die hoef ik niet te zoeken.

Dre: Hoe bende gij aan het sauwelen gegaan?
Aafke: Dat kwam door oud-sauwelaar Jan Verharen, de regiseur van Kunst naar Kracht, waar ik lid van ben. Jaren heeft Jan mij geholpen met mijn tekst, ook mijn schoonvader Harry Boudewijns en later Jan Mekes hielpen met het verfijnen van de sauwel. Dit jaar is vooral Mark van Rijen mijn steun en toeverlaat. En ik kan nog steeds rekenen op de hulp van Jan Verharen....mijn Godfather.

Aafke: Wè is jouw tiepeke en waor haolde gij de inspiraote vandaon?
Dre: Ik kom als Willem Werkman de WW-er. Ik ben helaas ervaringsdeskundige, zowel privé als op de komende Speciaole Raodsvergaodering. Maar, ut mot nie gekker worre, d'r zijn nog zat andere WW-ers....W...W......Werner....Willem......??????.
Ik verzamel het hele jaar door grappen, spreuken, opmerkingen...ik heb last van invallen, ik zoek op het internet( wie niet).Verder is het een kwestie van horen, zien en zwijgen! We hebben een gezellige groep sauwelaars, en we gaan er een mooi weekend van maken met elkaar. Zo doe je ook weer inspiratie op!

Dre: De hoeveelste keer doede gij nou mee?
Aafke: Dat is nog wel de ELFDE keer. Ik vind dat zelf niet zó speciaal, maar omdat ik er de laatste keer niet zo'n lekker gevoel bij had, doe ik toch weer mee. Misschien is het nu genoeg, of ga ik door. Blijf ik de baas over mijn zenuwen, of worden de zenuwen míj de baas?

Aafke: Waor bende toch wel trots op?
Dre: Op het feit dat mijn kinderen ook in de ton gestaan hebben. Mijn dochter Ilona heeft 1 keer, de allereerste jeugdsauwelmiddag, meegedaan en mijn zoon Dirk heeft 6 keer in de ton gestaan. Omdat ik hem daarbij hielp, was er weinig tijd om zelf een sauwel te schrijven. Maar dat zette ik er graag voor opzij. Als je ze dan ziet staan, dan ben je als ouders toch wel trots. Maar je weet nu ook wat je het thuisfront aan doet, als je zelf in de ton staat. Je bent veel zenuwachtiger als toeschouwer (dat is in mijn geval niet mogelijk..nog zenuwachtiger als ik) En maar oefenen thuis...en uitproberen....discussies....wat is wel leuk, wat niet.

Dre: Hoe komt dat zo?
Aafke: Nou, als je in de ton staat moet je lekker in je vel zitten, dan moet de thuissituatie ook goed zijn. Zoals het er nu bij staat gaat het allemaal lekker.

Aafke: Heb ik iets nie gevraogd wè ge wel hoopte?
Dre: Nee, het is goed zo. Jij hoeft niet alles te weten.....niet alles hoeft in de krant.We gaan dadelijk verder over onze gezamenlijk vriend Jan Mekes....dus we zijn voorlopig nog niet klaar...geef nog maar een bakske koffie.

Dre: Wat is de typetje en hoe ben je er op gekomen?

Aafke: Ik ben dit jaar de Rijdende Rechter. Ik had een aantal typetjes bedacht en bij deze had ik de beste 'klik'. Als je een typetje bedenkt moeten er meteen allerlei grappen en situaties door je hoofd schieten die je in dat typetje kwijt kunt. En als Rijdende Rechter heb ík eindelijk het laatste woord! Helaas aleen maar die magische 11 minuten in de ton.

Dre: Goh, wij hebben toch veel dingen gemeen, Aafke!
• We hebben alletwee al ruime ervaring in het sauwelen. En dat komt door die onverklaarbare drang om dat te wíllen doen. Ga er maar aanstaan: in zo'n ton kruipen en de mensen aan het lachen proberen te maken!
• We hebben alletwee oonze kiendjes in de ton gehad bij het Jeugdsauwelen. Maar als je eigen kind daar in de ton staat, gieren de zenuwen door je lijf. Dan weet je ook eens hoe onze eigen partner zich gevoeld heeft toen jíj daar in de ton stond!
• We hebben alletwee, de helaas te vroeg overleden, Jan Mekes als gemeenschappelijke deler. Aafke als buurtgenoot, sauwelcompagnon, en 'pispaal' bij de laatste Speciaole Raodsvergaoderingen. Dré (aangever) heeft samen mee Jan (afmaker) wel zo'n veertien keer aan de Speciaole Raodsvergaoderingen mee gedaan als de partij S.P. (StaampPot). Jan was altijd de smaakmaker van die middag.
• En nu staan wij alletwee in de Dongense Sauwelton, als eerbetoon aan Jan Mekes. Ik hoop dat hij daarboven mee zit te kijken.

Intervjoew Trea van Kuyk en Rob Verkooijen
Beste redaksie,
Wai motte eerluk bekenne da wai de vraoge van oos intervjoe kwaitgerakt ware. Gelukkig hebbe wai meej behulp van de aantwoorde de vraoge nagenoeg perfect kanne rekonstruweere.

Groete, Trea en Rob

1.Aantwoord van Trea: nou ik ven ut gewoon guzellig , en us un wiekend oe verstaand op nul is ok wel us fijn ha ha.
Vraog van Rob: Trea, ik heb vernome dè gai in ut wiekend graog geneeties onderzoek doet. Veural naor het kruise van spesjaole diersorten. Hoe komde daor bij?

2.Aantwoord van Rob: Ik zai dur meej begonne toen ik zes jaor was. Zelluf zaag ik ut eigeluk nie zitte mar ik moes van oons vaoder.

Vraog van Trea: hoe ist rob , hebben ze vanacht oe scherapparoat gejat, of hedde oe eige vergeten te scheren?

3.Aantwoord van T rea: jo wiekend is wiekend , mar veur dees wiekend mok ik un uitzondering om over mun werk tu protu.....

Vraog van Rob: Ut schènt da gai in het wiekend ok bekaanst nergus aanders over kan praote. Klopt dè?

4.Aantwoord van Rob: Op zun minst 4 keer in de week en dan plusmienus ongeveer om en nabij de 5,62 uur per dag. Mar des uit munne kop dus ik kan er 3 uur neffe zitten.
Vraog van Trea: mar zoveul werk is da toch nie , enne zo dikkels hoeft da toch nie ?

5.Aantwoord van Trea: nou da kan ik eigeluk nie uitleggu , maar as ge da on men vraogt nor du saawelovond dan komt da himmel goed .
Vraog van Rob: Witte gai wa ge krijgt as ge Sinterklaos meej nun fazaant kruist?

6.Aantwoord van Rob : Dè zal in ut veurjaor van 1994 gewiest zèn. Dè wit ik nog, want ut was rond kerst.
Vraog van Trea: ge stod al un tedje in de ton , wanneer hédde ut licht gezien?

7.Aantwoord van Trea: ja ja de meeste veinu ut un mannu wereldje , mar ik vein ut fijn da Aafke ok wir van du partij is , ben trouwus benieuwd of ze wa besteld bij men.........

Tom Mijnders meets John Schoormans en vice-versa

John: Wie zijde gij eigeluk?
Tom: ik ben Tom Mijnders, 46 jaor (jao ik zie er nog goed uit vur iemand van 64), nie getrouwd en Donguse Pee in hart, nieren, lever, en spieren. En gij?
John: Ik ben John, ook 54 jaor, wel getrouwd mee oos Anneke en dè het 2 kinderen opgeleverd: Nicole en ok un Tom. Gij sauwelt nou al vur dun aachtste keer, hoe ben de daor meej begonne?
Tom: Nou, ik ging al un paor jaor kijke en toen zeeje mun vriende: ge mot unne keer meejdoen. Ik deej nogal makkelijk moppe tappe en de boel vur de gek houwe. Toen waar ik op vakaansie in Griekelaand, en toen docht ik: ik gaoj un schriftje koope, ja, en toen ist begonne. En gij?
John: Ik ben van nature zo gek as un deur en op fistjes ston ik meej de stukskes doen altij vuraon. "Vriende" hebbe toen un ton en tekst geregeld en toen moes ik ur aon geloove. Des zo goed bevalle dek toen vur ut echie meej ben gaon doen. Wè is jouw leukste ervaoring meej ut sauwele?
Tom: Ut sauwele is eigeluk één lange leuke ervaoring, want ut is un geweldig klupke om bij te horre. Mar dun braove broeder en de jaorige job, die waare wel ut leukste om te doen. En gij?
John: Mijn debuut as Klaas Klus von ik mooi, mar dees jaor gaogut nog harder klappe in de ton. Waor haolde gij oe grappe vandaon?
Tom: ik schrijf zo hil ut jaor wellis wa op, ik raodpleeg ok ut wuruldwaitwep, boekskes en de leste jaore wissele de sauwelèèrs onderling ok nogalles wa grappe uit. Gij zult toch ok wel inspiroasie opdoen tijdus oose vergaderingen denk ik?
John: Jaozeker, mar ik bedenk ok veul zelluf, daor is munne kop groot zat veur. Hedde gij ok iemand die jouwe sauwel bekèkt van te vurre?
Tom: Ja, mun bruur, oose Nico, saome meej unne "goeje" biljartvriend Hans Trommele, mar die heej nogal un groote broek aon. Die zitte dan heel irritaant te schrijve, en ze laache dan in 11 minute hooguit één of twee keer, goed vur oew zellufvertrouwe! En gij?
John: Vant jaor wor ik tekstueel bijgestaon dur unne dur de wol geverfde Peejelaandse carnavals veteraan Henk Tuytelèèrs. Waor doede gij trouwes boodschappe?
Tom: Bij de Netto. Vant jaor doe ik trouwes bootschappe. En gij?
John: Ik doe nooit boodschappe. Hoe veul keer bende gij al irste geworre?
Tom: Meej hardloope nog nooit, mar bij ut sauwele al vijf keer. En gij?
John: Nog nie, mar ik vein meedoen al dun irste preis, de onderlinge sfeer en de hulp die ge krijgt, dè is ut mooiste van de sauwel. Hèdde gij nou nog plaankevrees?
Tom: Jao, dè komt dur dieje gammule ton. Ge durruft ur nog gin scheet in te laote, want dan kanne de houtwurrume wel us dur de Cammeleur gaon vliege. En gij?
John: Ik ben nog nie zenuwachtig, mar dieje ton is zo gammel dek bang ben dè munne sauwel in duige valt. Ut gemiddelde Raad van Elluf-lid zit steviger in mekaore. Nou Tom, bedankt vur dees intervjoew, en veul succes, mar veural veul plezier dees jaor wir meej ut sauwele.
Tom: Jao, van ut zellufde zonne bak