Het is volop lente, en dat betekent dat de natuur weer in bloei staat. Helaas duiken er in deze periode ook mindergewenste planten op. Eén daarvan is de grasaar, een plant die vooral voor honden gevaarlijk kan zijn. We leggen graag uit wat grasaren zijn, waarom ze een risico vormen én wat jij zelf kunt doen.
Wat is een grasaar?
Grasaren zijn scherpe zaadjes van bepaalde grassoorten, zoals het ‘kruipertje’. Ze groeien vaak op schrale, droge bodems: in bermen, tussen tegels, op veldjes of langs wandelpaden. Omdat de zaden zich met de wind verspreiden, kunnen we als gemeente niet voorkomen dat deze plant groeit. Grasaren zijn bovendien hardnekkig en keren vaak terug, ook na maaien.
Waarom zijn grasaren gevaarlijk?
De zaden van de grasaar hebben scherpe punten en weerhaken. Daardoor kunnen ze gemakkelijk de huid van een hond binnendringen of via neus, oren, ogen of poten het lichaam ingaan. Eenmaal binnen blijven ze niet op één plek zitten: ze kruipen steeds verder het lichaam in, wat pijn, ontstekingen en in ernstige gevallen operaties tot gevolg kan hebben.
Bescherm je hond
Voorkomen is beter dan genezen. Daarom deze tips:
Wat doet de gemeente?
Grasaren groeien vaak langs bankjes, lantaarnpalen en andere obstakels. Deze plekken houdt de gemeente regelmatig bij. Ook maait de gemeente op veel plekken langs wandel- en fietspaden een strook van een meter. Ook op basis van meldingen via Fixi wordt gericht actie ondernomen. Bij een bepaald aantal meldingen sturen we een collega met een bosmaaier op pad. Soms kunnen we de plant met wortel en al verwijderen. Maar: de grasaar komt vaak terug. Daarom is het belangrijk dat iedereen alert blijft. Hier kun je een Fixi-melding doen: www.dongen.nl/meldingdoen.
Wat kun jij doen?
Je helpt mee door grasaren te melden via Fixi. Of nog beter: verwijder de plant zelf als je ‘m tegenkomt in je tuin of bij je stoep. Zo doe je dat:
"Samen houden we Dongen veilig – ook voor onze viervoeters."