Cees de Rooij

Ik weet dat jij dit eigenlijk allemaal niks vindt, in de belangstelling staan. En als oud-kanselier en lid van de commissie protocol weet jij ook precies hoe laat het is als je door Grootofficieren uit de zaal wordt opgehaald. Wat dat betreft kunnen we jou dus niks meer wijs maken. Als Bredanaar is carnaval je met de paplepel ingegoten. Samen met Han vierde je in Breda volop carnaval. Toen je naar Dongen verhuisde heb je die liefde voor carnaval gelukkig behouden.

Jij bent in het carnavalsseizoen 1989-1990 toegetreden tot Stichting "de Peeënstekers". Buurman Huub Adank had je al een paar keer benaderd om toe te treden tot Stichting "de Peeënstekers", maar je hield de boot af. Andere werkzaamheden vergden teveel van je tijd. Maar uiteindelijk ben je in 1989 toch gezwicht. Maar liefst 11 seizoenen heb je deel uitgemaakt van het bestuur van Stichting "de Peeënstekers". Ik zeg maar liefst, omdat dat in deze tijd niet meer zoveel voorkomt. Je was 6 jaar raadslid en hebt je daarna nog 5 jaar ingezet als bestuurslid.

In het seizoen 1991-1992 werd je Kanselier van de Stichting. Bewaker van het protocol paste goed bij je. Rechtlijnig en regels, in de goede zin van het woord, horen bij Cees.
Het zijn ook eigenschappen die horen bij een goede leraar. En dat je een goede leraar was, wijst de praktijk wel uit want leuk om te vertellen is dat de laatste vier prinsen hebben allemaal les van jou hebben gehad. Zowel Walter de Bruine, als Bert Verhagen, als René Jansen, als ikzelf hebben allemaal in jouw klasje gezeten. Op de vraag wie nou uiteindelijk de braafste leerling was...mag je wat ons betreft later op de avond nog op terugkomen. Ik zal geen relatie leggen tussen les van Cees en prins worden, maar opvallend is het wel.

Vanaf het seizoen 1991-1992 ben je onafgebroken lid van de commissie Protocol.
Eerst dus als kanselier en tot op de dag van vandaag als lid van de commissie. Voor de snelle rekenaars onder ons: dat is dit jaar dus voor het 22e jaar. Traditiegetrouw maak jij samen met jouw lieve vrouw Han de oorkondes die horen bij de hogere onderscheidingen. Een prachtig verhaal dat mij ter ore is gekomen wil ik de mensen hier in de zaal zeker niet onthouden.

Op alle oorkondes wordt een lakzegel gezet. Wat veel mensen niet weten is dat dit nog steeds op de ouderwetse manier gebeurt; echt handwerk en dus zeer bewerkelijk.
De lak wordt in een pannetje warm gemaakt, op het papier gegoten en met een koperen stempel wordt in de nog zachte lak een afdruk van Manneke Pee gemaakt. Nadat jullie vloerverwarming in huis hadden laten aanleggen is het een keer schromelijk misgegaan. Jullie waren een hele avond bezig geweest om alle oorkondes te voorzien van dat prachtige zegel. Aan het eind van de avond lagen alle oorkondes netjes op een stapeltje op die prachtige nieuwe vloer.... met vloerverwarming. Maar.... vanwege de vloerverwarming droogde de lak niet goed met als gevolg dat alle oorkondes 's morgens aan elkaar geplakt waren. En inderdaad: alles kon dus weer opnieuw.

Maar het echte carnavalskindje van jou is toch wel de carnavalsmis. Samen met één van je carnavalsmaten, Henk van Leijsen, bedacht je dat het leuk zou zijn om ook in Dongen een carnavalsmis te houden. Dat bespraken jullie met het toenmalige parochiebestuur.
Zij stonden daar welwillend tegenover maar het moest wel een echte Liturgische dienst zijn. Met Henk ging je kijken in Zeuvebultelaand (Zevenbergen), waar ook een carnavalsmis werd gehouden. Dat paste net in het drukke carnavalsprogramma hier in het Peeënrijk. In 1991 was de eerste carnavalsmis in Dongen een feit. Sinds die tijd heb je onafgebroken in de commissie carnavalsmis gezeten. Dit jaar voor de 23e maal maar liefst. Je schrijft ieder jaar de proloog voor de mis, bent degene die thema's voor de mis uit je mouw schudt en meer dan eens heb je voor de regerende prinsen overpeinzingen geschreven.

Het Stichtingsbestuur uit die tijd vormde een hechte vriendenclub. Ook onder de vrouwen klikte het goed en zij vormden een club die zich de Trutten noemden. De trutten namen deel aan de optocht. Van de vriendenclub was jij de eerste die afscheid nam van de Stichting. en jij werd met open armen ontvangen door de Trutten. In de jaren daarna was jij met jouw Trutten regelmatig te zien in de optocht. Ik heb me laten vertellen dat jullie voor illegaal meededen, zodat jullie konden gaan en staan waar jullie wilden. Het lijkt me helemaal niets voor een man van regels en afspraken om illegale dingen te doen. Dus ga ik er maar vanuit dat je zwaar onder druk stond van de Trutten.
We kennen jou natuurlijk ook van blaoskapel Aosumnoot. Toen Peter Verschure zijn prinsensteek aan de wilgen hing, is deze blaoskapel geboren. Een unieke vriendenclub met nog steeds meer dan 20 actieve leden. Jij beleeft nog steeds veel plezier aan het maken van muziek, vooral tijdens carnavalsaangelegenheden. Ook op onze jubileumavond waren jullie weer van de partij en ook tijdens de carnavalsmis en de ouderenmiddag zijn jullie graag geziene gasten.

Beste Cees, je bent een veelzijdige Dongense Pee en met een bijzonder en actief carnavalsleven. Een carnavalsleven waar je hartstikke trots op mag zijn. En daarom wil ik jou namens Stichting "de Peeënstekers" en ik denk ook namens het hele Peeënvolk, ontzettend bedanken voor jouw tomeloze inzet voor het carnaval in ons schôn en onvolprezen 't Peeënrijk. Als bijzondere blijk van waardering heeft Stichting "de Peeënstekers" besloten om jou te benoemen tot Groot-Officier in de Orde van de Zilveren Pee. Ik verzoek de Adjudant om de bijbehorende protocoltekst uit te spreken en dan is het aan mij de eer om jou dit eremetaal op te spelden.