'Mijmeringen' is een wekelijkse column van Dongenaar Rinus Krijnen
Claimcultuur
Als je vroeger een foutje maakte of soms wel een flinke fout, kwam je er met een excuus vaak mee weg. ‘Sorry’ en zand erover. In Amerika vindt men deze vergevingsgezinde houding maar raar. Als je iets fout doet en er is schade ontstaan moet minimaal de netto schade worden vergoed. En hoe langer hoe meer werd het daar ook gebruikelijk om de immateriële schade eveneens te claimen: er moet een vergoeding komen voor het leed wat je is overkomen. Doordat een ander een fout maakte, moet die maar dokken. Hoeveel? Daarover moet je onderhandelen. Het werd en is een hele industrie om schuldigen aan te wijzen en de hoogte van claims vast te stellen. Het beschuldigen van een ander heeft het bijkomend voordeel dat je daarmee jezelf verschoont van het schuldgevoel voor het ontstaan van de schade. Lastig wordt het pas als door toegepaste regels blijkt dat ook jij deels schuldig wordt verklaard. Van alles wordt juridisch uit de kast getrokken om de schuld af te schuiven. Dit hele circus wordt hoe langer hoe meer ingezet. Gevolg is dat rechters, het OM en advocaten en de hele rechtsstaat zeer veel tijd en geld besteden om de vinger op de zere plek te krijgen om een schuldige aan te wijzen. En dat in een tijd dat de rechtsstaat al zwaar onder druk staat.
Om bij voorbaat een claim uit te sluiten doet men de gekste dingen. De zogenaamde ‘disclaimers’ zijn vaak dikker dan de gebruiksaanwijzing bij artikelen die je aanschaft. Voor het Amerikaanse woord ‘disclaimer’ is niet eens een fatsoenlijk, dekkend Nederlands alternatief woord. Zegt eigenlijk al genoeg waar de oorsprong van de claimcultuur ligt. Gezond verstand gebruiken en mensen risicobewust maken hoort bij de opvoeding. Als een kind zich brandt aan een hete kachel en op dat moment veel pijn ervaart, zal het bij het zien van een kachel de volgende keer wel uitkijken. Dat vinden wij - nuchtere Nederlanders- eigenlijk wel normaal. Niemand stelt na zo’n incident de producent van de kachel of de leverancier van de brandstof aansprakelijk voor het leed van een kindje met een brandwond.
In Amerika ligt dit anders. Bij mijn eerste bezoek naar dat land in 1997 trof ik een label aan in een hotelkamer dat aan een haardroger in de badkamer hing met de waarschuwing om de haardroger niet in het bad te gooien als daar water in stond. Duidelijk werd gesteld dat het hotel niet aansprakelijk was voor de gevolgschade als men dit wel deed. Zo’n waarschuwing leek mij toch echt overbodig, maar blijkbaar moeten fabrikanten in Amerika op voorhand al hun aansprakelijkheid uitsluiten, om achteraf geen juridische discussie te krijgen. Blijkbaar vertrouwt men niet op het gezonde verstand van mensen. Waarschuwen is daar bewijslast. En schuldigen zijn er in de USA altijd. Neem de doorgedraaide Trump die als leider van de VS de hele wereld als schuldige aanwijst voor al het financiële leed wat de USA de afgelopen decennia is aangedaan. Een claimcultuur XXL, waarbij de importheffingen de hoogte aangeeft in hoeverre de VS schadeloosgesteld moet worden.
Het wordt dus hoe langer hoe meer normaal gevonden, dat waar maar ook een schuldige kan worden aangewezen, er direct een aansprakelijkheidsstelling en een rekening wordt opgestuurd. En zeker als er grote financiële belangen op het spel staan zien we het inzetten van dit middel hoe langer hoe sneller. Zelfs in de sport wordt niet geschuwd om enorme bedragen te claimen bij een blessure of ongeval waar een mogelijke schuldige kan worden aangewezen.
En laten we de medische sector niet vergeten. Een medische misser kan bij de verkeerde personen leiden tot enorme claims op artsen of medische instellingen. De vraag is of het allemaal terecht is. Door toeval, pech of even onoplettendheid kan er een zeer grote schade ontstaan waarbij direct gewezen wordt naar anderen. In de materiële omgeving waarin we leven verschonen we vaak ons eigen falen door naar anderen te wijzen. Iedereen heeft het gedaan, behalve jij, het slachtoffer. En hoe hoog moet dan de schadeloosstelling zijn? Vaak is de schade voor mensen niet uit te drukken in geld. Wat reken je voor een psychisch of lichamelijk trauma? Juristen proberen het onderste uit de kan te halen, maar het blijft vaak een lukrake genoegdoening. Alles lijkt met geld te koop, maar het wegpoetsen van een medische claim met geld voelt toch als handjeklap. De één eist een ton schadevergoeding voor het missen van een paar vingers terwijl de ander een dergelijk gemis nooit zal kunnen verwerken, al krijgt hij een miljoen.
De claimcultuur is een schimmige wereld, waar heel veel tijd en geld in omgaat en er eigenlijk alleen maar verliezers zijn. Het gebrek aan vergevingsgezindheid is daarvan de belangrijkste oorzaak. In een steeds hardere wereld zal het aantal claims helaas alleen maar groter worden. En mocht Trump zijn importheffingen alsnog door- of overdrijven, dan is er voor het economische leed wat dit veroorzaakt slechts één veroorzaker aan te wijzen: Trump. Dan zullen de toekomstige rechtszaken talrijk zijn. Hij kan dan wel rijk en machtig zijn, maar deze schade kan hij nooit betalen. Maar er zijn ook altijd ‘vriendjes’ die door de plotselinge beursdaling -door aankopen van aandelen op het dieptepunt of door voorkennis- hier forse winst mee maken. Die zullen hem wel de hand boven het hoofd houden.
Het wordt er allemaal niet gezelliger op.