Waterschap Brabantse Delta maakt verschillende stuwen en gemalen in West-Brabant vispasseerbaar zodat vissen door kunnen zwemmen naar verschillende wateren. Bijvoorbeeld om zich voort te planten of om voedsel te vinden. Ook enkele stuwen in Dongen worden aangepast.
Vissen gaan graag op reis
Ze zwemmen bijvoorbeeld van rivier naar beek, sloot naar sloot of zelfs heen en weer tussen zout en zoet water. Dit doen vissen om zich voort te planten, voedsel te vinden of aan roofvissen te ontkomen. Zo zwemt een paling wel 6.000 kilometer om zich voort te planten, door de Atlantische Oceaan helemaal naar de Sargassozee. De jonge palingen (glasaaltjes) maken daarna de reis terug naar Europa.
Obstacle run
Op reis komen vissen soms een obstakel tegen. Bijvoorbeeld een stuw die de sloot afsluit of een gemaal waar de vis niet veilig langs kan. Stuwen en gemalen zijn wel belangrijk. Het waterschap regelt hiermee het waterpeil, de hoogte van het water in de sloot. Het waterschap zorgt er de komende tijd op een aantal plaatsen voor dat vissen de stuwen en gemalen voortaan wél kunnen passeren. Waarom het waterschap dit doet? Om verschillende vissoorten in West-Brabant de ruimte te geven. Slimme technieken maken dit mogelijk.
Waterschap maakt obstakels vispasseerbaar
Er worden onder andere zes stuwen, twee gemalen en een terugslagklep aangepast zodat vissen hun weg veilig kunnen vervolgen. Deze bouwwerken worden 'vispasseerbaar' en staan in de gemeenten Steenbergen, Bergen op Zoom, Moerdijk, Gilze en Rijen, Dongen en Oosterhout.
De stuwen die aangepast worden in Dongen zijn:
Stuw Dongedijk - gemeenten Dongen/Oosterhout
Stuw Groenedijk - gemeenten Dongen/Oosterhout
Stuw Witte Brug - gemeenten Dongen/Oosterhout