Het debuut van Job van Uitert in de 24 uur van Le Mans, ’s werelds grootste en meest bekende endurance race, is er een van twee verhalen. De Brabantse coureur verraste de autosportwereld door in zijn allereerste grote langeafstandsrace de LMP2 klasse, samen met Gdrive Racing teamgenoten Roman Rusinov en Jean-Eric Vergne, compleet naar zijn hand te zetten.
Het team werd echter niet beloond voor een sterk optreden toen na ruim 18 uur racen de startmotor weigerde en gerepareerd moest worden. Verder dan een zevende plaats in de klasse kwam de Russische Aurus 01 uiteindelijk niet.
Het evenement van Le Mans, met meer dan 15 oud-formule 1 coureurs en ruim 200.000 toeschouwers een enorm spektakel, neemt ruim een week in beslag. In de kwalificatie, verreden op woensdag en donderdag lieten Job en zijn teamgenoten niet het achterste van hun tong zien en belandden zij op de vijfde startplek.. In de race, gestart op klokslag drie uur op zaterdag middag was dat vrijwel meteen een heel ander verhaal.
Een lange stint van de Fransman Vergne bracht het team naar voren maar het was de eerste rijbeurt van Van Uitert, met zijn 20 jaar de jongste deelnemer in het veld, die meteen het verschil maakte. Ruim anderhalf uur vocht hij onder andere met voormalig winnaar Nicolas Lapierre en bij het invallen van de avond lag de #26 op kop van het LMP2 veld. Daar bleef de auto gedurende de nacht, waarbij de constante en sterke rondentijden van de Dongenaar opvielen, zowel bij de concurrentie als de internationaal verzamelde pers. “Ik racete voor het eerst in het donker maar ik moet zeggen dat het me echt goed afging. We bleven op kop en slaagden er zelfs in om de voorsprong uit te breiden”, aldus Job over zijn nachtstint.
De debutant leek daarmee op weg naar een sensationele zege. Sensationeel omdat een zege bij een eerste deelname ongehoord is. We maakten veel los in deze race, en dat is iets wat ik me de komende tijd ga realiseren, dat het bijzonder was wat we deden.” De wedstrijd viel dankzij superstint van de drie coureurs en een goed uitgekiende strategie meer en meer de kant op van Van Uitert totdat de voorsprong maar liefst drie minuten bedroeg. Juist op dat moment sloeg het noodlot toe want na een routine pitstop weigerde de Auris 01 om te herstarten. “De startmotor ging ter plekke kapot en dat kostte ruim 20 minuten om te repareren. Superzuur want we waren echt op weg naar een ongelofelijk resultaat”, aldus Job die zijn auto zag terugvallen tot buiten de top vijf.
De opgelopen achterstand was zo groot dat een podiumplaats er ineens niet meer inzat. “Dat was wel even slikken. Maar het hoort bij autosport. Je moet doorgaan en doorvechten in de hoop dat er nog een podium inzit.” Dat lukte niet maar in het vervolg van de race, bleef de jongeling sterk rijden, was hij vrijwel continue de sterkste op de baan en ondanks de zevende plaats in de klasse kon hij dan ook niet anders dan tevreden zijn met het behaalde resultaat.
“Wat een ervaring. Ongelofelijk! De race hebben we dan wel helaas verloren maar de indruk die ik heb kunnen achterlaten is denk ik goed. Het was in ieder geval een ongelofelijke ervaring!”, besluit Job na een slopende achtbaan van emoties waarin zijn reputatie internationaal gevestigd is.
De eerstvolgende race is de derde ronde van het European Le Mans Series kampioenschap op Barcelona op 20 juli waar de avond in gereden gaat worden.
