De oversteekplaats in de Mgr. Schaepmanlaan ter hoogte van de voormalige bibliotheek gaat, als het aan het College van B & W ligt, weer op de schop. Hierbij wordt,onder meer de voorrangssituatie gewijzigd. In de nieuwe plannen hebben de fietsers en voetgangers geen voorrang meer maar komt er wel een breed steunpunt waar voldoende fietsers kunnen staan tijdens de schoolpieken. dat meldt het College in een brief aan de gemeenteraad.
De oversteek
De oversteek, met fietsers en voetgangers in de voorrang, is enkele jaren geleden voorzien van dynamische wegdeksignalering voor overstekende fietsers, een bus vriendelijk asfaltplateau en overrijdbare geleiders. Ondanks de aanpassingen hebben op de oversteek nog regelmatig (bijna) ongevallen tussen auto’s en fietsers plaats. Bureau Groen Licht Verkeersadviezen kreeg de opdracht om te onderzoeken hoe de oversteek veiliger kan worden gemaakt en bij het onderzoek inwoners te betrekken. Dit onderzoek bestond uit drie delen: een verkeerskundig onderzoek, een belevingsonderzoek op locatie en gesprekken met leerlingen van het Cambreur College, de wijkraden Centrum en Biezen en enkele gebruikers en omwonenden van de oversteek.
Verkeerskundig onderzoek
Om inzicht te krijgen in welke factoren leiden tot een verhoogd risico op (bijna) ongevallen zijn een functionele analyse, conflictobservatie en locatieonderzoek met filmopnamen uitgevoerd. Op basis hiervan concludeert Groen Licht Verkeersadviezen dat:
- de meest voorname risicofactor in relatie tot het ontstaan van (bijna)ongevallen ligt in het feit dat de fietsoversteek in de voorrang ligt. De huidige voorrangssituatie is niet logisch omdat een dominante stroom auto- en fietsverkeer op de Mgr. Schaepmanlaan voorrang moet verlenen aan een fietsoversteek die qua functie en gebruik ondergeschikt is
- de dynamische signalering niet 100% betrouwbaar is, terwijl de grote meerderheid van de automobilisten gericht is op de lampjes die aangaan en daar naar handelt
- de dynamische signalering niet in staat is om tijdig op te lichten bij bromfietsers en e-bikes
- zichtbeperkingen zich op verschillende manieren voor doen; geparkeerde voertuigen, groenvoorziening en tegemoet rijdend verkeer beperken het zicht bij de kruising
- het ontbreekt aan snelheidsremming voor gemotoriseerd verkeer op de Mgr. Schaepmanlaan.
Belevingsonderzoek
Ter plaatse is een belevingsonderzoek onder overstekende fietsers en voetgangers uitgevoerd. Dat is op twee verschillende dagen en verschillende tijdstippen gedaan. In totaal 400 (brom)fietsers en 104 voetgangers hebben een vragenlijst ingevuld. Ongeveer de helft van hen (zowel fietsers als voetgangers) ervaart de oversteek als oncomfortabel en onveilig, met name door de rijsnelheid van het autoverkeer. Een op de drie geeft het signaal dat automobilisten geen voorrang verlenen aan overstekende fietsers en voetgangers.
Gesprekken
Er is ook gesproken met leerlingen van het Cambreur College, met de wijkraden Biezen en Centrum en met omwonenden en veelvuldige gebruikers van de fietsoversteek. In de gesprekken zijn de filmbeelden van het locatieonderzoek bekeken en zijn conflictsituaties besproken die zij zelf ervaren.
Vanuit de participatie door leerlingen Cambreur, de wijkraden en het onderzoek ter plaatse wordt bevestigd dat de meest voorname risicofactor in relatie tot het ontstaan van (bijna)ongevallen ligt bij het feit dat de fietsoversteek in de voorrang ligt. Ook de punten die in het verkeerskundig onderzoek als risicofactoren naar voren zijn gekomen, worden benoemd en herkend. Vrijwel alle leerlingen en betrokken inwoners hebben in de gesprekken aangegeven dat het veiliger is om de fietsoversteek uit de voorrang te halen, mits er in het midden een breed steunpunt komt waar voldoende fietsers kunnen staan tijdens de schoolpieken.
Oplossing
Er zijn twee oplossingsvarianten nader bekeken: een fietsstraat met steunpunt (midden berm) zonder uitbuiging in de rijbanen en een fietsstraat met steunpunt en uitbuiging in de rijbanen. Het College heeft haar voorkeur daarbij uitgesproken voor een fietsstraat met steunpunt zonder uitbuiging
Het verschil in beide varianten zit met name in de opstelcapaciteit. Variant 1 biedt aan ongeveer 3 fietsers plek om gelijktijdig in dezelfde rijrichting op te stellen. Variant 2 (met een breder steunpunt in het midden) biedt aan ongeveer 4 fietsers die ruimte. Voor het creëren van variant 2 is een uitbuiging van de weg noodzakelijk. Deze uitbuiging zorgt ervoor dat bussen eerst met het ene voorwiel en dan met het andere voorwiel de drempel moeten aanrijden. Arriva geeft hier geen voorkeur aan.
Het college heeft de opdracht gegeven om op basis van die variant een ontwerptekening te maken, inclusief een financiële onderbouwing en een planning. De ontwerptekening, de financiële onderbouwing en de planning worden ter besluitvorming aan het College voorgelegd.
